Zo is zestig procent bang dat cybercriminaliteit toeneemt en vreest tweederde een toename van de verspreiding van nepnieuws. De roep om actieve bemoeienis vanuit de overheid en Europese Unie is groot.
Dit blijkt uit representatief onderzoek onder 1.000 volwassen Nederlanders door marktonderzoeksbureau MSI-ACI Europe. Bij deze zogeheten AI-barometer*, de eerste in een reeks, is het sentiment rondom kunstmatige intelligentie onderzocht. Het onderzoek richt zich op het gebruik van AI in het privéleven alsook op het werk en op school.
Misbruik op de loer
Op allerlei terreinen zien Nederlanders gevaren, vooral als het gaat om online fraude, betrouwbaarheid van informatie en het waarborgen van de privacy. Zo maakt 72 procent zich zorgen om misleidende informatie door deepfakes. Dat zijn door AI gemanipuleerde video’s of foto’s die echt lijken maar dat niet zijn. ‘De waarheid is niet meer van de leugen te onderscheiden’, zegt een van de respondenten. Een ander gaat nog veel verder en stelt: ‘De wereld gaat eraan ten onder’. Met de stelling ‘AI maakt mijn leven een stukje veiliger’ is slechts 9 procent het eens. Onder 56+’ers zijn de vrees en de scepsis het grootst. Zij zijn significant meer dan gemiddeld bang voor een toename van cybercriminaliteit (70 procent).
Omwille van die zorgen is een overgrote meerderheid voorstander van handhaving en regulering. Zo stelt 68 procent dat de overheid een actieve rol moet vervullen bij het in de gaten houden en reguleren van AI-ontwikkelingen. Eenzelfde percentage vindt het goed dat de Europese Unie verschillende toepassingen verbiedt vanwege onduidelijkheid over de veiligheid en privacy van data. Recent zette de EU een streep door AI-systemen die mensen indelen op basis van gedrag of persoonlijke kenmerken (social scoring). Ook het inzetten van AI voor de risicobeoordeling voor het plegen van strafbare feiten is niet toegestaan.
AI draagt ook bij aan veiligheid
Maar alle kansen en bedreigingen tegen elkaar afgewogen is nog altijd 32 procent positief over de mogelijkheden van AI en neemt ruim 40 procent een neutraal standpunt in. Kunstmatige intelligentie wordt bijvoorbeeld gezien als een manier om een deel van de huidige personeelstekorten op te lossen. En slechts 10 procent is het eens met de stelling ‘Ai vormt een dreiging voor mijn baan’. Het zijn overigens vooral de zogeheten Gen Z generatie (18-25-jarigen) en de millennials (26-45 jarigen) die de pluspunten zien.
Saillant is daarnaast dat AI aan de ene kant wordt gezien als bedreiging voor onze (online) veiligheid, maar tegelijkertijd daaraan kan bijdragen. Zo zou 36 procent van de ondervraagden zeker overwegen om persoonlijke data af te staan voor de ontwikkeling van AI-toepassingen in ruil voor veiligheid en staat 30 procent daar neutraal tegenover. Verder is er animo voor het koppelen en analyseren van persoonlijke data (internetgedrag, koopgedrag, plaatsen die men bezoekt) door veiligheidsdiensten met het doel om terrorisme tegen te gaan. Ruim de helft van de Nederlanders staat hier positief danwel neutraal tegenover.
Weinig kennis
Bijna de helft van de Nederlanders geeft aan AI in zijn of haar privéleven te gebruiken. Maar slechts 18 procent zegt de toepassingen dagelijks danwel regelmatig in te zetten. Daarbij gaat het vooral om Open AI (zoals GPT), automatische vertalingen en beeld- en gezichtsherkenning op de smartphone.
Met de kennis van AI is het overigens matig gesteld, zo blijkt uit de resultaten. Niet meer dan 21 procent zegt ‘goed’ te weten wat kunstmatige intelligentie inhoudt. ‘Van gehoord, maar weet niet goed wat het inhoudt’, geldt voor 26 procent van de Nederlanders.
Hoogleraar: persoonlijk contact essentieel
Hoogleraar Computerwetenschappen aan de Vrije Universiteit Amsterdam, Felienne Hermans, is verrast dat mensen de risico’s van AI inzien. Ook al laat de kennis over kunstmatige intelligentie blijkens het onderzoek te weinig over, de zorg(en) noemt ze gegrond. Als voorbeeld noemt ze Whatsapp-fraude. “Als daarbij daadwerkelijk de stem van je kind wordt gebruikt, dan trappen we er misschien veel makkelijker in. En dan heb ik het nu nog over de kleine, persoonlijke schaal, terwijl dit soort dingen ook in het publieke, politieke debat gebruikt kan worden.”
De AI-expert verwacht op langere termijn een toenemende maatschappelijke impact. “Want wat zal het met ons doen als we bij elke afbeelding moeten nadenken of het wel echt is? Dat kost veel tijd en creëert bovenal een cultuur van wantrouwen – ook voor echte plaatjes.”
Hoewel AI voor sommige doeleinden, zoals het vertalen van tekst, al veelvuldig wordt toegepast, kan het uiteindelijk nooit iets wezenlijks vervangen: menselijk contact. Hermans: “Persoonlijk contact is essentieel. Of het nu een glimlach is, een brief of een eeuwenoud boek; contact met een ander mens is de essentie van het leven.”
*De AI-barometer is een periodiek, representatief onderzoek onder Nederlanders van 18 jaar en ouder. Hierbij wordt telkens de ‘temperatuur’ van de Nederlandse samenleving gemeten als het gaat om AI-toepassingen in de privésfeer, op het werk, en binnen het onderwijs.
Reacties
Loading…